Zonnegoed
'Telen zonder mest is de toekomst'
Als zoon van een gangbare akkerbouwer in Tollebeek, was de stap naar biologisch helemaal niet zo vanzelfsprekend. Zeker niet in het traditionele boerenlandschap van de Noordoostpolder. Toch waagde Joost van Strien (58) uit Ens die stap bijna dertig jaar geleden. 'Ik werd wel een beetje als geitenwollensok gezien, denk ik. Maar voor mij was al heel snel duidelijk: biologisch heeft de toekomst.' En met zijn 'no shit boerderij' Zonnegoed laat hij zien dat hij daar zomaar eens gelijk in kan hebben.
Hij is druk, deze zonnige woensdagochtend in het vroege najaar. 'Op een andere locatie zijn we de groenten aan het klaarmaken voor groentepakketten. We hebben 170 abonnees die om de week een groentepakket plus bijbehorend recept van ons krijgen en die moeten morgen klaar zijn.'
De groenten worden gewassen en verpakt, daarna gaan ze naar afhaalpunten of worden ze met de post thuisbezorgd. 'Voor ons is dit een mooie manier om ons verhaal te kunnen vertellen aan de consument.'
In de supermarkten gaat dat verhaal vaak verloren. 'Dan gaan we op in al het biologische aanbod. Maar doordat we nu rechtstreeks via een webshop aan de consument leveren, kunnen we vertellen over onze no shit formule en waarom we dat belangrijk vinden.'
Wat is dat nou eigenlijk, no shit food? 'Ik snap dat het niet heel smakelijk klinkt misschien in relatie met eten', vertelt Joost met een glimlach. 'Maar doordat we geen shit, mest, gebruiken bij de teelt, hebben we een minder negatieve impact op de planeet.
Sterker nog, door onze manier van telen leveren we zelfs een positieve bijdrage aan de natuur.'
Geen dierlijke mest meer
Dat zit zo. Voorheen gebruikte Joost altijd biologische koeienmest voor zijn gewassen. 'Uit principe biologisch, je mag als bioboer namelijk ook gangbare mest gebruiken.' Probleem is alleen dat er niet zoveel biologische mest verkrijgbaar is. 'En eigenlijk vind ik dat de biologische landbouw zichzelf moet kunnen redden en niet afhankelijk kan zijn van de gangbare landbouw.'
'Ik besloot luzerne niet meer
aan de koeien te voeren,
maar aan de wormen in
mijn bodem.'
Het roer ging dus nog niet zo lang geleden om, op Zonnegoed. Joost besloot het gewas luzerne in te zetten als plantaardige meststof. 'Dat verkochten we altijd als koeienvoer, maar leverde niet zoveel op. Je hebt ook weer mest nodig om het te laten groeien, terwijl we daar al veel te veel van gebruiken. Ik besloot daarom om luzerne niet meer aan de koeien te voeren, maar aan de wormen in mijn bodem.'
Voedselbos
Op een perceel van Zonnegoed prijkt sinds drie jaar een voedselbos, dat over een jaar of vijf een enorme hoeveelheid fruit, hazelnoten en walnoten zal leveren. Maar dat nu al veel dieren als vogels, reeën en insecten trekt en daarmee de biodiversiteit een enorme boost geeft.
'Ik wilde meer natuur op mijn bedrijf. Veel boeren zullen denken: waarom offer je daar die supervruchtbare landbouwgrond voor op, maar zo zie ik het helemaal niet. De natuur gaat er zijn gang, je hebt er geen werk van en het is heel klimaatbestendig.'
Op de akkers van Zonnegoed wil Van Strien de natuur nog meer laten terugkomen door agroforestry, waarbij bomen en struiken worden geplant op grond waar ook landbouwgewassen worden geteeld. 'Wij gaan tussen onze percelen rijen fruit- en notenbomen planten.'
Alleen al de teelt van luzerne geeft de bodem rust en de plant neemt veel stikstof op. 'Maar als je het afmaait, daarna hakselt en met de meststrooier verspreidt over je akkers, dan werkt het heel goed als meststof.'
Jaren van onderzoek gingen vooraf aan deze manier van werken. Joost deed dat samen met het Louis Bolk Instituut, een kennisinstituut voor duurzame landbouw, voeding en gezondheid. Er werd op Zonnegoed geëxperimenteerd, daarna werd er tien jaar lang mee geteeld op een officiële proefboerderij.
Joost van Strien
Langer groeiseizoen
En de resultaten waren goed. 'Alleen bij droge omstandigheden werkt het wat minder bij de spinazieteelt. Maar bij gewassen met een langer groeiseizoen werkt het uitstekend. Die krijgen ergens in de teelt altijd wel een keer wat regen en dat is nodig om die luzerne zijn werk te laten doen.'
De polderboer plaatst daar wel meteen een kanttekening bij. 'Je moet je bodemgezondheid wel op orde hebben. In de gangbare teelt heb je een andere bodembalans dan in de bioteelt, waar het bodemleven rijker is door minder kunstgrepen in de grond. Dus daar zal het waarschijnlijk een ander effect hebben.'
Met no shit farming heeft Zonnegoed een biocyclisch vegan keurmerk in de wacht gesleept. 'Belangrijk, want ik wilde me met deze teelt natuurlijk ook graag onderscheiden van mijn collega's.' En dat werkte, want Joost boorde een totaal nieuwe klant aan: de vegan consument. Die -en anderen- bedient hij met zijn webshop vol no shit groenten als uien, winterpeen, pastinaak, pompoen en rode biet. De groentepakketten van Zonnegoed -goed voor twee veganmaaltijden voor vier personen- gaan het hele land door.
Biodynamische certificaat
Met het afzweren van koeienmest, verloor Zonnegoed wel haar biodynamische certificaat. 'Omdat we niet meer samenwerken met de veeteelt. Dat is voor die titel een vereiste.' Wrang, want juist met de huidige stikstofproblematiek, zou je zeggen dat het no shit principe alleen maar vooruitgang is.
Maar Joost laat zich er niet door uit het veld slaan. 'Ik heb altijd geloofd dat er grenzen zijn aan de gangbare teelt en dat telen in balans met de natuur de toekomst heeft. Onze no shit teelt is daar weer een nieuwe stap in. Daarmee leveren we een positieve bijdrage aan de aarde en dat is wat voor ons telt.'
Tekst: Debora Boomsma ~ Foto: Evelien Sikkema